Internationaal reizen is weer op het niveau van 2019. Het is spannend geweest, maar we kunnen weer wat opgeluchter ademhalen. “NBTC heeft de covid-periode gebruikt om het Perspectief 2030 document dat wij al hadden, uit te breiden naar de zakelijke reiziger”, vertelt Eric Bakermans, Director Marketing, Meetings en Conventions. “Congressen dragen bij aan de kenniseconomie van Nederland en het is ons doel om nog meer nieuwe business events uit de topsegmenten naar Nederland te halen.”
(Door Ted Walraven)
“Daar hebben wij het volste vertrouwen in”, vervolgt Bakermans. “We hebben een strategische ligging en beschikken over uitstekende infrastructuren met de landen om ons heen. Daarnaast zijn wij als land populair omdat we snel kunnen schakelen. We zijn een verenigingsland, ook op zakelijk en wetenschappelijk gebied. Door onze flexibiliteit zijn wij internationaal aantrekkelijk voor het organiseren van congressen en zakelijke evenementen.”
Bring yourself. We’ll do the same.
Vorig jaar is NBTC gestart met de campagne: Bring yourself. We’ll do the same. De campagne is zowel gericht op de leisure markt als de zakelijke markt. “We zorgen er in de campagnes voor dat we ook daadwerkelijk onze partners tonen. Dat geeft meer betrokkenheid bij de bezoekers dan campagnes met acteurs.”
In het document Perspectief 2030 komt deze visie nog eens duidelijk naar voren. Zakelijke evenementen brengen mensen bij elkaar en dragen bij aan kennisoverdracht. Er wordt dan ook vooral gekeken naar meetings en congressen die bijdragen aan het Missiegedreven Topsectoren- en Innovatiebeleid. Bij het werven van congressen en zakelijke evenementen wordt is er dan ook nadrukkelijk aandacht voor deze relevantie. Het uitbreiden van het aantal zakelijke bestemmingen in Nederland is een tweede doelstelling. Deze locaties krijgen actieve ondersteuning bij de ontwikkeling van hun aanbod, passend bij het voor Nederland gewenste imago en de verwachtingen van de zakelijke doelgroep.
Kwaliteitsbezoek centraal
NBTC richt zich bij de zakelijke reiziger met name op kwaliteitsbezoek. Ze wil langer betrokken blijven bij de customer journey waar het zakelijke evenementen en congressen betreft. Hierbij is het Ministerie van Economische Zaken een belangrijke partij waar zij mee samenwerkt. NBTC heeft met het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat de afspraak gemaakt dat zij over de afgelopen vier jaren betrokken is bij minstens veertig internationale congressen.
Bakermans is ervan overtuigd dat dat gaat lukken. NBTC zet volop in op nieuwe business events in topsegmenten. Momenteel wordt hier hard aan gewerkt en worden alle mogelijkheden in kaart gebracht.
Post corona
Post corona is internationaal reizen weer op het niveau van 2019. Een kwart daarvan is de zakelijke reiziger. Niet alle zakelijke reizigers zijn congresbezoekers. Ze komen ook voor individuele afspraken. De behoefte om elkaar weer fysiek te ontmoeten is groot. “We waren allemaal blij met de technische mogelijkheden om elkaar toch digitaal te zien en te spreken” zegt Bakermans. “Er kon en kan natuurlijk heel veel online. Maar het is ook gebleken dat het digitale een vak apart is en vaak ook kostbaar. Het maken van online content voor deze branche is als het maken van een televisieprogramma. Daar komt echt heel veel bij kijken. Om dat goed te doen, met de juiste impact: dat was niet voor iedereen weggelegd. Het blijft toch heel belangrijk om elkaar live te zien, de interactie te voelen.”
Duurzaam
NBTC kijkt ook strategisch naar duurzaamheid waar het gaat om de internationale zakelijke reiziger. Je merkt dat er steeds meer keuzes gemaakt moeten worden. “Ga ik naar vier congressen over dit onderwerp of kies ik er een?” “En doe ik dat in dezelfde periode of verdeel ik dat over de tijd?” “Werkgevers vergoeden ook niet meer altijd de deelname aan meerdere congressen per jaar. Dus een goede afweging blijft belangrijk. De keuze moet dan wel op Nederland vallen. Daarnaast wordt de nadruk gelegd op het belang van goede OV-structuren. Binnen een afstand van 500 kilometer moet je toch gebruik kunnen maken van een goede infrastructuur op het gebied van OV. Dat is nu nog onvoldoende het geval en daarom een speerpunt voor de komende jaren. Nederland heeft op zich een goede basis-infrastructuur, maar nog niet ieder deel van het land is even makkelijk te bereiken voor de internationale reiziger. Laat staan van en naar het omliggende buitenland.”
